Speech Gijs Degrande tijdens de uitreiking van de Beernemse Cultuurprijzen, vrijdag 16/01/2015

Op 21 januari 2015

Dames en heren,

 Nogmaals een goede avond iedereen.

We zijn toegekomen aan het laatste onderdeel van deze avond. De uitreiking van de Cultuurprijs 2014. Thema van deze editie is Woord en Literatuur. 

U zult me vergeven dat ik -voor we overgaan tot de uitreiking- kort even stil sta bij de belangrijke gebeurtenissen van de voorbije dagen. Als politicus, als cultuurliefhebber, als bewuste burger, als mens voel ik me daar verplicht toe, kan ik niet anders.

Op 7 januari van dit jaar was er de brutale aanval op het Parijse satireblad Charlie Hebdo, een brutale aanval op een magazine en haar medewerkers die sinds jaren één van de fundamenten van onze samenleving vorm geven. Letterlijk en figuurlijk. De vrijheid van opinievorming, de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van de kunstenaar om de wereld kritisch maar ook met humor te bekijken, om zijn eigen ding te doen werd geviseerd en onder vuur genomen. Onze maatschappij is geschokt, gekwetst, en likt nog steeds haar wonden.

Maar tegelijk is er hoop en daar is ook alle reden toe. De reacties die volgden op de dagen na 7 januari zijn duidelijk : wij aanvaarden niet dat onze vrijheden, onze principes, dat de vrijheid, gelijkheid en democratie worden aangevallen. Onze samenleving geeft een duidelijk signaal. Een waardering ook en respect voor de culturele vrijheid en zij die daar gebruik van maken. En dat is goed. En het is goed, meen ik, om dat signaal hier vanavond ook te geven. In het bijzonder gezien het thema van de cultuurprijzen van dit jaar. Omdat het gaat over de vrijheid van de schrijver, de auteur, de verteller van satire, sprookje of historische roman, over de acteur en actrice die dat verhaal brengt of de cabaretier die met een lach een ongemakkelijke waarheid vertelt en ons een spiegel voorhoudt.  

En met dat positief signaal, die blijk van waardering en dank ook voor alle cultuurmakers, wil ik dit korte intermezzo besluiten.

De cultuurprijzen zijn altijd een moeilijke oefening. Elk jaar staan we voor een bijzonder moeilijke keuze. De drie nominaties van dit jaar bewijzen hoe hoog de lat dit jaar alweer lag. Ik wil alle genomineerden dan ook van harte feliciteren en ben ervan overtuigd dat we nog veel van hen gaan horen, zien of lezen.  Proficiat.

Meer dan tien jaar geleden werd ik voor de eerste maal geconfronteerd met de winnaar van de Cultuurprijzen 2014. Geen – toen nog lang – haar op mijn hoofd dat kon vermoeden dat ik deze persoon tien jaar later zou mogen ontmoeten, laat staan een prijs voor literatuur zou mogen uitreiken. Meer dan tien jaar geleden, aan de keukentafel op mijn voormalig studentenkot werd de wekelijkse publicatie in de krant van de verhalen van de laureaat van deze avond, luidop voorgelezen. Tot groot jolijt, plezier van mijn kotgenoten  en soms met de nodige geanimeerde discussie tot gevolg.

Wat wij toen niet wisten, was dat tien jaar eerder, in 1992 al onze laureaat een eerste maal in de prijzen viel. En sinds dat jaar volgden jaarlijks prijzen en erkenningen. Ik som de belangrijkste even op :

  • In 1991 de Prijs voor de Letterkunde West-Vlaanderen

  • In 1992 de Rabo Bank Leerprijs voor beste kortverhaal

  • In 1994 de 2e prijs van de verhalenwedstrijd van het gerenommeerde literair tijdschrift De Brakke Hond

  • In 2006 de Prijs Letterkunde van de provincie West-Vlaanderen Dramatische Kunst,

  • dat zelfde jaar de Zieta-Award van Focus-WTV als meest verdienstelijke West-Vlaming voor cultuur

  • in 2008 genomineerd voor de Literaire Lente

  • in 2010 opnieuw voor de provincie West-Vlaanderen de Prijs Dramatische Kunst

  • en in 2012 haalde onze laureaat de selectie door de European Theatre Convention voor de beste hedendaagse theaterstukken van 20 Europese landen met het topstuk Aleksej

Het is bijna een mirakel dat het zo lang geduurd heeft alvorens onze laureaat ook in eigen gemeente de verdiende erkenning kreeg. In eigen gemeente, zeker, want sinds 20 jaar worden deze meesterwerkjes, verhalen en theaterstukken in onze gemeente geschreven.

Met zijn ‘Confedenties aan een ezeloor’, ‘De Wereld’, zijn ‘Erotische Fabels’, Liefdesfabels en recent zijn bejubelde ‘Belgische Fabels’ blies hij de traditie van Fontaine nieuw leven in. Meer nog, hij gaf de kunst van het fabelschrijven een nieuw elan.

Hij staat bekend als satirisch, soms spottend, confronterend, ontluisterend, soms roerend en ontroerend maar altijd raak.

Knack verwoordt zijn stijl als volgt: “Hij geeft de literatuur terug aan haar mondelinge oorsprong… Messcherp, satirisch, zoals de betere stand-up comedian, bijbels, duivels, melancholisch, romantisch. Een surrealistische maar glasheldere verbeelding. De ultieme manier van zin- en troostgeving.”

Hij bracht heel wat werk naar theater, met succes en bijhorende prijzen, bracht luisterspelen voor de radio en poëzie op hoog niveau, zowel voor volwassenen als voor kinderen.

Dames en heren,

Zijn naam is bijbels, zijn werk soms duivels. Mag ik uw waardering en warm applaus voor de winnaar van de Cultuurprijs 2014 : Frank Adam

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is